Velen stellen zich vragen betreffende de pensioenen en de daaraan gekoppelde gebruikte benamingen. Soms geraakt men er de weg kwijt. We zetten ze summier eens op een rijtje.
- Wettelijke pensioenleeftijd: · 65 jaar en zal stijgen naar 67 jaar.
- Uitgesteld pensioen: Al dan niet vervroegd pensioen wanneer u niet meer in dienst bent
- ofwel zelf ontslag heeft genomen vooraleer u de pensioenleeftijd bereikt hebt;
- ofwel door uw werkgever ambtshalve bent ontslagen.
- Vervroegd pensioen: Met pensioen gaan vóór de wettelijke pensioenleeftijd.
Wanneer men zijn pensioenrechten van de openbare sector behouden heeft kan men zijn pensioen aanvragen onder die voorwaarden die van toepassing zouden geweest zijn bij het ontslag.
Na voldaan te hebben aan de voorwaarden kan men in de openbare sector ook met uitgesteld pensioen vervroegd met pensioen gaan.
De voorwaarden van vervroegd pensioen binnen de openbare sector zijn niet altijd dezelfde als in de privé. Bij een gemengde loopbaan zal men langer moeten wachten om vervroegd het pensioen als werknemer te kunnen opnemen, niettegenstaande er voldoende politionele jaren gepresteerd werden.
Bijvoorbeeld:
Door het aantal politionele jaren kan je op pensioen gaan op 60 jaar. Voor uw privé pensioen zal je nog moeten wachten tot 62 jaar gezien de politionele jaren bij die berekening gelijk gesteld worden aan het gewicht van de jaren van de privésector.
Bij onvoldoende jaren in de openbare sector en bij uitgesteld pensioen worden de jaren van de openbare sector overgeheveld naar de naar de Rijksdienst voor pensioenen. Dan ontvangt hij gewoon voor die jaren een werknemerspensioen.
Tevens moet men ook indachtig zijn dat zowel het rustpensioen van de openbare sector, als het rustpensioen bij de RVP dient aangevraagd te worden.